Oeverloze mogelijkheden

De provincie onderhoudt ruim 250 kilometer aan vaarwegen en bijbehorende oevers langs Noord-Hollandse wateren. Deze oevers met hun bloeiende planten en rijke rietkragen hebben een belangrijke functie. Hier leeft en groeit namelijk een enorme rijkdom aan planten en dieren. Eens in de zoveel tijd zijn de oevers aan vervan­ging toe. We gebruiken daarvoor duur­zaam materiaal en letten op de CO₂-uitstoot. Bovendien grijpen we de kans om de natuur te versterken, bio­diversiteit te vergroten en waterkwaliteit te verbeteren. Hoe we dat aanpakken, verschilt per oever.

Natuurvriendelijke oever

Natuurvriendelijke oevers hebben een langzaam aflopende, ondiepe bedding met veel riet en planten. In de verschillende waterdiepten groeien en leven veel verschillende dieren en planten. Zo ontwikkelen water­planten zich goed in ondiep water. Vissen gebruiken deze waterplanten voor de voortplanting, het opgroeien van jonge vissen en om voedsel tussen te zoeken. Ook insecten profiteren van de planten en rietkragen. In en om het water is het een drukte van belang met kleine waterdiertjes, libellen en vlinders.

Door de aanleg van zogenoemde plas-drasgebieden neemt de variatie aan planten ook toe. Dit zijn gebieden die tijdelijk onder water worden gezet. Weidevogels kunnen hier vervolgens hun eten zoeken en uitrusten. Na de broedperiode verandert het gebied weer in grasland. Dit draagt allemaal bij aan de biodiversiteit en water­kwaliteit. Rietvogels vinden hun woon- en broedplek in de rietkragen. De rijkdom aan voedsel trekt ook kleine zoogdieren aan, die vanaf het land het water ingaan op zoek naar prooien. De waterspitsmuis, bunzing en hermelijn eten er insecten, larven, amfibieën of vissen. Het riet is boven­dien belangrijk voor de waterkwaliteit; het zuivert name­lijk het water. Je vindt zo’n natuur­vrien­delijke oever bijvoorbeeld in Midden­meer.

Damwandrif

Een damwand is de wand tussen het water en de oever. Deze is vaak gemaakt van staal of hardhout en zorgt ervoor dat de oever niet instort. Bij een damwand­rif is er voor de damwanden een metalen hekwerk geplaatst om takken tussen te steken. Aan de takken groeien algen, waar kleine organismen van leven. Vissen eten deze organismen vervolgens weer. De takken zorgen ook voor bescherming voor kleine vissen en vormen zo een rust- en schuilplaats. Een damwandrif is uitermate geschikt voor een bebouwde omgeving met weinig ruimte voor natuur. De eerste is geplaatst in Alkmaar, in het Noord­hollandsch Kanaal. De provincie houdt in de gaten wat het effect is.

Vooroever

Bij een vooroever zijn nieuwe dam­wanden een stuk voor de oude beschoeiing geplaatst. Deze beschoeiing kan een oude damwand zijn of een andere constructie die de oever beschermt tegen erosie. De ruimte tussen de schermen is opgevuld met zand, waardoor de stroming van het water afneemt. Hierdoor krijgen allerlei water- en oeverplanten de kans om te groeien. Dit is goed voor de water­kwa­liteit en trekt verschillende diersoorten aan als insecten en watervogels. In het Noordhollandsch Kanaal in Purmerend plaatst de provincie een vooroever.

Fauna-uittredeplaats

Bij een fauna-uittredeplaats zitten er openingen in de damwand. Hierdoor kunnen dieren naar een achterliggend natuurgebied zwemmen of veilig het water uit klimmen. Denk aan muizen en egels, maar ook grotere beesten als vossen en reeën. In de brede kanalen zijn ook plekken gecreëerd met minder harde stroming, waar bijvoorbeeld vissen kunnen paren. Een fauna-uittre­de­plaats is te vinden in Kolhorn, ter hoogte van de Niedorpervaart.

Biodynamische oever

Een biodynamische oever bestaat uit planten met lange, sterke wortels in de grond. Een zachthouten damwand ondersteunt de oever in eerste instantie. Naarmate de planten en hun wortels zijn gegroeid, zorgen zij voor stevigheid. Deze natuurlijke vorm van oeverversterking kan, als het goed werkt, een vervanging zijn voor hardhouten of stalen dam­wanden. Groot voordeel: het is natuurlijk, duurzaam, goedkoper en bespaart CO₂-uitstoot. Deze oeverbescherming geeft ook geen erosie, waardoor de water­kwaliteit verbetert. Dit is weer goed voor de dieren en planten die rond de oever leven.

De provincie onderzoekt deze methode samen met de TU Delft langs de West­friesche Vaart bij Middenmeer. De oever is daar verdeeld in verschillende vakken met elk een andere samenstelling planten. Zo kunnen we testen welke planten en hun wortels het geschiktst zijn voor het verstevigen van een oever. De planten komen allemaal van nature voor in Nederland en kunnen hier dus goed overleven.

Tweedehands damwanden

Bij de vervanging van oevers wil de provincie zo weinig mogelijk nieuw materiaal gebruiken. Dat scheelt CO₂-uitstoot, wat weer beter is voor het klimaat en de natuur. Daarom gebruiken we, wanneer mogelijk, tweedehands damwanden. Dit is bijvoorbeeld gedaan bij de Marker­vaart Noord en het Koger­polderkanaal (de verbinding tussen het Noordhollandsch Kanaal en de Marker­vaart Zuid). Deze damwanden kwamen vrij bij een ander project in Nederland. Na een kleine opknapbeurt kon de aanne­mer de tweedehands damwanden plaatsen in de Markervaart. Zo hoefde de provincie geen staal in te kopen, is de CO₂-uitstoot verminderd en zijn er geen bruikbare onderdelen onnodig weggegooid.

Deksloof

Een houten deksloof is een speciale soort afwerking van een damwand waardoor planten verder kunnen kiemen en groeien. Tussen de naden en kieren van de damwand zit grond uit de omgeving, zodat het zaad van de planten makke­lijker achterblijft. Doordat de (water)planten blijven groeien, komen er ook weer kleine waterdieren op af. Dit is goed voor de biodiversiteit rond de oever.

Deze methode is bijvoorbeeld toepast bij de dam­wan­den aan de Westfriesche Vaart, tussen Middenmeer en Medemblik. Hier groeit namelijk het Echt Lepelblad, een zeer zeldzame en beschermde plant. Dankzij de houten deksloof kan de plant blijven bloeien.

Vorige pagina

Deel op social media

Volgende pagina